Op 15 september 2020 was het weer Prinsjesdag. Vanwege corona was het een ongebruikelijke Prinsjesdag: geen rijtoer van het koningspaar, geen hoedjes en geen balkonscene of ander ceremonieel. Wel zoals elk jaar een troonrede en de bekendmaking van de overheidsplannen van het kabinet voor 2021. Welke impact hebben die plannen op het geven van financieel advies?
Het belangrijkste punt uit de troonrede is dat er niet bezuinigd gaat worden, ondanks de economisch moeilijke tijd. Maar we moeten ons wel schrap zetten voor een economische terugslag, waarschuwde de koning. Hij herhaalde dat het derde noodpakket aan maatregelen om de economische gevolgen van corona het hoofd te bieden, vanaf 1 oktober 2020 tot 1 juli 2021 zullen doorlopen. Ook zet de overheid extra geld in voor omscholing.
Overige punten uit de troonrede:
Relevante punten over de woningmarkt:
Voor 2021 gaat de regering uit van een inflatie van 1,5%, terwijl de gemiddelde inkomensstijging slechts 1,2% zal zijn. In beginsel gaan we er dus op achteruit. Maar omdat belastingen voor veel groepen omlaag gaan, valt het effect mee, zo is de verwachting. Over de hele linie zou de koopkracht er 0,8% op vooruit gaan.
De tariefschijven in de inkomstenbelasting worden aangepast. Sinds 2020 is er sprake van een tweeschijvenstelsel. (Voor AOW-gerechtigden gelden nog wel drie tarieven.)
2020 | 2021 | |
Tarief schijf 1 | 37,35% | 37,10% |
Tarief schijf 2 | 49,50% | 49,50% |
Grens schijf 1 | € 68.507 | € 68.507 |
Een ander belangrijk onderdeel van de inkomstenbelasting is het systeem van de heffingskortingen. Er zijn vele verschillende heffingskortingen:
Voor zelfstandigen zijn de belastingplannen opnieuw minder positief. Een zelfstandige had in 2019 nog een zelfstandigenaftrek van € 7.280. Deze zelfstandigenaftrek zou vanaf 2020 jaarlijks omlaag gaan met € 250. Het plan was om deze aftrek tot 2028 af te bouwen tot een ondergrens van € 5.000. In 2020 bedraagt de zelfstandigenaftrek € 7.030.
In het Belastingplan 2021 wordt de afbouw van de zelfstandigenaftrek versneld en bovendien verder verlaagd. De verlaging bedraagt € 360 per jaar (in 2021: € 6.670). Tot 2028 wordt de zelfstandigenaftrek verlaagd tot € 4.120. Daarna gaat de verlaging door met € 110 per jaar tot € 3.240 in 2036.
Ook gaat de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet omhoog. Voor zelfstandigen gaat die van 5,45% (2020) naar 5,75% (2021), wat leidt tot een lastenverzwaring tot ongeveer € 180.
Tot slot heeft de tariefmaatregel ook een lastenverzwarend effect op zzp’ers met een hoger inkomen. De MKB-winstvrijstelling en zelfstandigenaftrek kunnen in 2021 maximaal tegen het tarief van 43% afgetrokken worden (2020: 46%).
De beperking van het aftrektarief zal doorgezet worden tot het basistarief van 37,03% bereikt wordt (zoals nu voorzien).
De achteruitgang voor zelfstandigen vindt de regering gerechtvaardigd, omdat zelfstandigen wel profiteren van de verhoging van de heffingskortingen.
Verder streeft het kabinet ernaar om begin 2021 een uitgewerkt voorstel over de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen te presenteren (de AOV-ZZP).
Rijksoverheid en de Belastingdienst (als uitvoerder) worstelen al enige tijd met de complexe wetgeving rondom toeslagen. De schrijnende situatie van gezinnen bij wie (al dan niet terecht) kinderopvangtoeslag is teruggevorderd, wordt steeds duidelijker. De roep om de wetgeving rondom toeslagen te vereenvoudigen, neemt toe. Daarom is het wetsvoorstel Wet verbetering uitvoerbaarheid toeslagen ingediend.
Het kabinet zet met dit wetsvoorstel in op drie pijlers: het versterken van de menselijke maat in het toeslagenstelsel, het verbeteren van de praktische rechtsbescherming van burgers en het voorkomen van schrijnende situaties door het verlies van toeslagen als gevolg van partnerschap.
De verbeteringen in dit wetsvoorstel zijn een eerste stap. Daarnaast wordt gewerkt aan een cultuurverandering binnen de Belastingdienst.
Ook veranderen bij de toeslagen nog enkele concrete aspecten:
De staatssecretaris van Financiën stelt in 2021 via een apart wetsvoorstel een andere Box 3-heffing voor:
Door dit nieuwe wetsvoorstel daalt het belastbaar inkomen in box 3 voor iedereen.
Maar de feitelijke te betalen belasting daalt niet voor iedereen: voor mensen met een vermogen boven de € 222.000 (met partner samen: € 444.000) stijgt de belastingdruk op vermogen.
Voor 2021 zijn de volgende forfaitaire rendementen gepubliceerd van de 2 rendementsklassen:
De vrijstelling stijgt dus tot € 50.000 (2020: € 30.846) per belastingplichtige en de tariefschijven gaan omhoog. De vermogensrendementsheffing wordt in 2021 daardoor:
Vermogen boven vrijstelling van € 50.000 |
Gemiddeld rendement | Belastingdruk (31%) |
0 - € 50.000 | 1,898% (2020: 1,789%) | 0,588% (2020: 0,53%) |
€ 50.000 - € 950.000 | 4,501% (2020: 4,185%) | 1,395% (2020: 1,26%) |
Meer dan € 950.000 | 5,69% (2020: 5,28%) | 1,764% (2020: 1,58%) |
De belastingdruk boven de vrijstelling neemt dus wel toe. Maar omdat de vrijstelling hoger is, wordt die belasting geheven over een lager belastbaar vermogen.
Om te voorkomen dat door de hogere vrijstelling in box 3 meer mensen recht hebben op regelingen als zorgtoeslag, kindgebonden budget en kinderopvangtoeslag, wordt de vermogenstoets voor die regelingen aangepast. Er staan in het wetsvoorstel aparte vrijstellingsbedragen genoemd ten behoeve van de vermogenstoets voor deze regelingen.
Een laatste fiscale wijziging is het voorstel om de overdrachtsbelasting aan te passen. Starters tussen de 18 en 35 jaar oud hoeven die straks niet meer te betalen. Voor doorstromers blijft het tarief 2% (als ze zelf in de woning gaan wonen). Voor beleggers of anderen die een woning kopen, en er niet zelf in gaan wonen, gaat het tarief omhoog van 6% naar 8%.
De huidige belangrijkste socialezekerheidswetten, zoals Anw, WIA en WW, veranderen niet voor de werknemer. De temporisering van de verhoging van de AOW-leeftijd was al bekend.
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid noemt in zijn begrotingsstaat wel enkele beleidsprioriteiten, onder andere:
Wetsvoorstel RVU, verlofsparen en bedrag ineens
Ruim een week voor Prinsjesdag 2020 is een wetsvoorstel ingediend, waardoor:
Met de PA-tool Wft Triple A van NIBE-SVV beschik je altijd over actuele informatie. Ook de op Prinsjesdag aangekondigde kabinetsplannen vind je hier.