NIBE-SVV organiseerde onlangs, op 2 februari, het eerste webinar in de nieuwe reeks ‘Focus op Vakbekwaamheid’. Dit eerste webinar, over het ongeval op de Julianabrug in Alphen aan den Rijn, werd door ruim 300 deelnemers gevolgd. Degenen die niet in de gelegenheid waren het webinar te volgen (of ’s avonds vergaten op tijd in te schakelen) konden het ook later nog on demand terugkijken. Enkele honderden professionals en geïnteresseerden hebben dat dan ook gedaan, zij het dat zij toen geen vragen meer konden stellen.
Aangezien niet alle vragen tijdens de uitzending konden worden beantwoord, geven we hieronder alsnog een kort antwoord op enkele van die vragen.
Zijn er al partijen geweest die hun aansprakelijkheid hebben erkend? En zo ja, wat voor gevolgen heeft dat voor hen?
Antwoord:
De directeur van BSB-Bouw heeft onmiddellijk na het ongeval in een interview gezegd ‘als bedrijf te hebben gefaald’. In hoeverre zo’n uitspraak – op een emotioneel moment – als een onvoorwaardelijke aansprakelijkheidserkenning valt te beschouwen, betwijfel ik. In elk geval is een aansprakelijkheidsverzekeraar niet gebonden aan aansprakelijkheidserkenningen die ten onrechte zijn gedaan.
De ponton is het instrument waarmee de kranen omvielen en waardoor de schade ontstond. De CLNI wordt erbij gehaald. Maar degene die besloot om de pontons in te zetten kan toch verwijtbaar (lees: onrechtmatig) gehandeld hebben?
Antwoord:
Ja, het onderzoek naar wat er allemaal is misgegaan loopt nog. Over de uitkomst van dat onderzoek zullen de meningen ook wel verschillen. Maar op de aansprakelijkheidsbeperking van het CLNI-verdrag kan ook een beroep worden gedaan door de gebruiker, huurder, pachter e.d.
Ik neem toch aan dat alle benadeelden (of hun verzekeraars) alle schade toch wel kunnen verhalen op de schuldige partij?
Antwoord:
Dat is nog maar de vraag. De beperking van de aansprakelijkheid volgens het CLNI-verdrag is wettelijk geregeld. Het lijkt mij niet aannemelijk dat een aansprakelijke partij (of zijn verzekeraar) onverplicht miljoenen meer gaat betalen, dan waarvoor aansprakelijkheid bestaat. Maar natuurlijk gaat er nog wel gekeken worden of er wellicht ook partijen zijn aan te spreken die geen beroep op die aansprakelijkheidsbeperking kunnen doen. Dat zou wel eens geruime tijd in beslag kunnen nemen.
Hoe staat het met de relativiteit? De vaartweg (de Oude Rijn) is een ‘staande mastenroute’. Die is lang geblokkeerd geweest. Daardoor heeft een aantal partijen inkomsten misgelopen, onder andere omdat Sail Amsterdam niet (op de voorgenomen wijze) te bereiken was.
Antwoord:
De relativiteit op zich lijkt geen probleem: vaartwegen zijn bedoeld om te kunnen gebruiken, ook en misschien wel juist door zakelijk verkeer. De onrechtmatige gedraging die leidt tot blokkade is daardoor een schending van de norm, die juist beoogt die schade te voorkomen.
Gaan letselschaden voor op materiële schaden?
Antwoord:
Van letselschade is bij dit ongeval geen sprake. Als het gaat om de reikwijdte van het CLNI-verdrag: nee, letselschade gaat niet voor, maar in geval van letselschade geldt wel een hogere limiet (aansprakelijkheidsbeperking) dan bij materiële schade.
Hoe zit het met shockschade bij de personen die moesten rennen voor hun leven?
Antwoord:
Dat is een buitengewoon interessante vraag. In beginsel kent ons recht alleen een vergoeding voor shockschade als er ook lichamelijk letsel is. Maar in dit geval sluit ik niet uit dat de rechter een eventuele posttraumatische stressstoornis als letselschade zal zien.
Zijn er coulanceregelingen en versnelde voorschotregelingen?
Antwoord:
Ja, onmiddellijk na het ongeval is een fonds gevormd, waaruit voorschotten zijn betaald. Er is – voor zover mij tot nu toe bekend – geen coulanceregeling voor niet-verzekerde schade.
Maken verzekeraars onderling afspraken betreffende opruimingskosten? Vaak is maximaal 10% gedekt.
Antwoord:
Nee. Verzekeraars mogen daar geen afspraken over maken (mededingingsrecht).
Ik woon in het gebied. Hoe zit het met de kosten van een preventief onderzoek naar de staat van de fundering? Een potentiele koper van mijn huis zal zo’n onderzoek natuurlijk willen hebben.
Antwoord:
Een uitgebreide gevarenverzekering voor gebouwen/woonhuizen dekt in het algemeen schade door het omvallen van kranen. Ook de ‘redelijke kosten voor het vaststellen van de schade’ zijn gedekt. Als het dus ‘redelijk’ is dat er een onderzoek plaatsvindt naar de staat van de fundering, vallen die kosten (mits op zich ook redelijk) in beginsel onder de dekking. Ook voor de vraag of deze kosten bij de aansprakelijke partij kunnen worden verhaald, geldt dat redelijkheidscriterium. Daar komt natuurlijk de vraag bij of de aansprakelijke partij(en) wel alle schade kan (kunnen) of moet (moeten) betalen.
Mocht u tijdens de uitzending toch even van uw plek moeten, dan kunt u eenvoudig pauzeren. En heeft u een webinar gemist? Geen probleem. U kunt het altijd on demand terugkijken. Waar en wanneer u dat zelf wilt. Bijvoorbeeld tijdens een werkoverleg met collega’s.
Het eerste webinar over het kraanongeluk is inmiddels door ruim 600 mensen teruggekeken. [Wilt u het ook bekijken?]
Alle webinars uit de reeks zijn – geheel kosteloos – live te volgen via uw desktop, laptop, tablet of iPhone. Bovendien bieden ze op elk moment de mogelijkheid tot interactie (u kunt dus zelf vragen stellen). Deze actieve vorm van actuele kennis delen, zorgt voor een optimale ondersteuning van uw vakontwikkeling.
Tot slot voor in de agenda: het tweede webinar, over de ontwikkelingen in de Europese bancaire sector, staat gepland op 11 april aanstaande. Een van de gastsprekers is Clemens Spoorenberg, president van de European Banking & Financial Services Training Associaton (EBTN).