Door luchtvervuiling leven we – gemiddeld – korter dan zou kunnen. Minder luchtvervuiling heeft daarmee gevolgen voor de financiële sector.
Volgende week doet de rechter uitspraak in het kort geding dat Milieudefensie tegen de overheid heeft aangespannen. Milieudefensie eist dat de overheid meer tegen luchtverontreiniging doet. De kans is groot dat Milieudefensie gelijk krijgt van de rechter, omdat Nederland op dit gebied niet voldoet aan harde Europese normen.
Misschien vraagt u zich af wat dit eigenlijk met financiële dienstverlening te maken heeft. Daarvoor haak ik graag aan bij de consequenties van luchtverontreiniging. Harde wetenschappelijke onderzoeken tonen aan dat elk jaar tienduizenden mensen in Nederland eerder overlijden als gevolg van luchtvervuiling. Onderzoek van het (nota bene) Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu heeft al aangetoond dat Nederlanders gemiddeld 13 maanden langer zouden zonder die luchtvervuiling. En daarmee is het verband met de financiële dienstverlening duidelijk.
Want stel nu dat de overheid dat onderzoek van haar eigen rijksinstituut en die harde Europese afspraken over luchtverontreiniging echt serieus neemt. Het probleem echt aanpakt. En we allemaal – gemiddeld dan – 13 maanden langer gaan leven. Wat denkt u dat dat betekent voor de dekkingsgraad van pensioenfondsen? 13 maanden langer uitkeren betekent gemiddeld zo’n 6 of 7% langere uitkeringsduur. De dekkingsgraad van pensioenfondsen klapt dan flink naar beneden. Pensioenverzekeraars krijgen natuurlijk ook met dat probleem te kampen en misschien zijn die gevolgen nog wel ernstiger. Want: anders dan pensioenfondsen hebben pensioenverzekeraars niet de optie om pensioenen te korten. Die verzekeraars moeten dat geld dus ergens vandaan halen om aan de solvabiliteitseisen te blijven voldoen.
Tegelijk betekent 13 maanden langer leven dat de AOW-leeftijd ook sneller en verder omhoog gaat. Wat ook weer gevolgen heeft voor de eindleeftijd van arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. En u weet: verzekeraars zijn best bereid om wat aan die eindleeftijd te doen, maar in elk geval niet voor degenen die nu al arbeidsongeschikt zijn. Dat risico kan immers niet meer in de premie verdisconteerd worden.
Kortom: een schoner milieu, wie wil dat nu niet? Maar het is wel goed tegelijk te denken aan de gevolgen die ook heel lovenswaardige maatregelen op termijn voor de samenleving hebben. In dat verband is het pijnlijk, misschien ook cynisch geruststellend, te moeten vaststellen dat Milieudefensie waarschijnlijk wel gelijk krijgt van de rechter, maar die overwinning vooral symbolische waarde heeft. Concrete milieumaatregelen kan en mag diezelfde rechter niet opleggen.
Wat dat betreft geniet de overheid toch van een luxe positie: als u zich niet houdt aan harde Europese normen, kunt u wel concrete maatregelen verwachten.