Voordat de bewoners van de vernielde huizen in Alphen aan de Rijn (ongeval Julianabrug) mogen herbouwen wordt eerst een archeologisch onderzoek uitgevoerd. De vraag is wie daarvoor de rekening gaat krijgen.
Eerder deze maand mocht ik meewerken aan een webinar (dat is een soort via internet te volgen studiebijeenkomst) over het ongeval met de Julianabrug in Alphen aan de Rijn. Twee grote kranen vielen om en vernielden tal van huizen en bedrijven. Daarnaast was er nog veel meer schade. Bij het webinar ging het over de aansprakelijkheid en de verzekeringsaspecten. Als u het webinar hebt gemist: u kunt het nog steeds terugzien via
deze link.
Wat ik toen nog niet wist, is dat de bewoners en de eigenaren van bedrijfsgebouwen die graag willen herbouwen daar niet meteen toestemming voor krijgen. Eerst heeft het al maanden geduurd voordat de kranen waren opgeruimd (dat was al bekend), maar nu dient zich het volgende probleem aan. Voordat er herbouwd mag worden, moet er eerst archeologisch onderzoek worden gedaan op de plaats waar die huizen en gebouwen stonden. Dat zorgt natuurlijk voor een aanzienlijke vertraging en dus: nog meer schade. Bovendien: de kosten van dat archeologisch onderzoek komen in beginsel voor rekening van de aanvrager van de bouwvergunning: de eigenaar van de woning of het bedrijfsgebouw dus. (Als u daar meer over wilt weten: in
de Beursbengel die deze week verschijnt, wordt dat haarfijn uitgelegd.)
De gemeente heeft inmiddels laten weten de kosten voor dat archeologisch onderzoek aan de bewoners voor te schieten. Dat is sympathiek. De bewoners – aldus de gemeente – kunnen die kosten vervolgens claimen bij hun verzekeraar. Want u begrijpt: zo’n voorschot moet wel worden terugbetaald. Of die voorschotregeling ook geldt voor eigenaren van bedrijfsgebouwen weet ik niet. Wat ik wel weet is dat het claimen bij gebouwenverzekeraars op een mislukking gaat uitdraaien. Ik ken geen enkele gebouwenverzekering die de kosten voor archeologisch onderzoek dekt. Dat betekent dat die kosten toch weer bij de eigenaren van die woningen en bedrijfsgebouwen terecht komen. Tenzij de gemeente alsnog bereid blijkt die kosten blijvend voor haar rekening te nemen.
Nu kan de gedachte in u opkomen dat die eigenaren de schade door de verdere vertraging van de herbouw en de kosten van het archeologische onderzoek toch simpel kunnen verhalen op degene die het ongeval heeft veroorzaakt. Als u het webinar hebt gezien, weet u al dat ook dat nog wel eens kan tegenvallen en in elk geval geen appeltje-eitje is. Een aandachtspunt voor verzekeringsadviseurs en gebouwenverzekeraars die hun klanten zekerheid willen bieden. Zo’n ongeval kan natuurlijk nog eens gebeuren.