Kan een AVB-verzekeraar de verzekeringsadviseur van zijn verzekerde aansprakelijk stellen, omdat deze verzekeringsadviseur de verzekerde geen schadeverzekering voor inzittenden (SVI) heeft geadviseerd? En kun je de vraag ook min of meer omdraaien: schendt de verzekeringsadviseur zijn zorgplicht door juist wel een SVI te adviseren?
Op de eerste vraag antwoordde de rechtbank vorige maand ontkennend. Daarom is de tweede vraag interessant. Om uw geheugen op te frissen neem ik u even heel kort mee terug naar het Arena-arrest en, vooral, naar latere rechtspraak. In het Arena-arrest oordeelde de rechter dat werkgevers ook een zorgplicht hebben voor werknemers die aan het verkeer deelnemen. Want die werknemers kunnen ook letsel oplopen door hun eigen fouten. De werkgever heeft de zorgplicht daar een voorziening voor te treffen. Doet hij dat niet, dan is hij, de werkgever, aansprakelijk. Sindsdien adviseren veel verzekeringsadviseurs hun klanten SVI’s, Wegam-polissen of 7:611-clausules. Maar minder bekend is het latere oordeel van de Hoge Raad dat deze uit 7:611 BW voortvloeiende aansprakelijkheid (ook) onder de AVB is gedekt.
Terug naar de uitspraak van vorige maand. Een verzekeringsadviseur had zijn bedrijfsklant niet geadviseerd een SVI (of gelijkwaardig) te sluiten. Dat kwam omdat die verzekeringsadviseur niet wist dat de klant enkele auto’s had geleased, waarbij de klant de bijbehorende verzekeringen geheel aan de leasemaatschappij had overgelaten. Vervolgens liep een medewerker van het bedrijf door haar eigen fout ernstig letsel op. Zij stelde haar werkgever aansprakelijk en omdat die werkgever dus geen voorziening voor dit soort schade had getroffen, is hij aansprakelijk. Omdat er geen SVI (of gelijkwaardig) is, betaalde de AVB-verzekeraar van het bedrijf deze schade.
Vervolgens wil die (gesubrogeerde) AVB-verzekeraar die schade op de verzekeringsadviseur verhalen. Want, aldus de AVB-verzekeraar, als die verzekeringsadviseur zijn zorgplicht goed had vervuld, had hij gezorgd voor ‘een adequate verzekering’ voor schade aan werknemers in het verkeer. Dan was de werkgever niet aansprakelijk geweest op grond van art. 7:611 (want dan had hij wel een voorziening getroffen voor zijn medewerkers) en dan had de AVB-verzekeraar niet hoeven te betalen. De rechtbank vindt dat de verzekeringsadviseur zijn zorgplicht niet heeft geschonden. Die zorgplicht gaat volgens de rechtbank niet zover dat de verzekeringsadviseur ook had moeten vragen naar verzekeringen die de klant buiten hem, de verzekeringsadviseur, om heeft laten sluiten. In die conclusie kan ik me wel vinden. Toch sluit ik een hoger beroep niet uit.
Maar het roept bij mij wel die tweede vraag op. Die AVB-verzekeraar betaalde niet uit coulance of zo, maar gewoon omdat deze aansprakelijkheid van de klant volgens de Hoge Raad onder de dekking van de AVB valt. Natuurlijk weet een vakbekwame verzekeringsadviseur dat ook. Waarom zou die verzekeringsadviseur de klant dan adviseren een SVI (of gelijkwaardig) te sluiten? De zorgplicht van de verzekeringsadviseur is er om te waken voor de financiële belangen van zijn klant. En niet om te waken voor de financiële belangen van een AVB-verzekeraar.
Kortom: is het niet in strijd met de zorgplicht om de klant een extra verzekering te adviseren, die de klant wel geld kost, maar geen extra dekking oplevert?