Er is een tuchtraad banken. Er is ook een tuchtraad voor verzekeraars, maar daar kunnen klanten niet terecht. En hoe zit het met het intermediair?
Toen zo’n 1,5 jaar geleden de beroepseed voor financieeldienstverleners werd ingevoerd, kwam meteen de vraag naar voren of daar dan ook geen tuchtrecht bij hoort. Immers: een beroepseed is mooi, maar waar kan de klant terecht als hij meent dat zijn financieeldienstverlener zich er niets van aantrekt? Aan de bankenkant kwam er ook meteen een tuchtcollege, maar aan de kant van verzekeraars en intermediair is het nog erg stil.
Verzekeraars hebben weliswaar vrijwel meteen aangegeven dat zij al een tuchtcollege hebben, maar dat lijkt mij een vergissing. Want: zo’n tuchtcollege is er weliswaar, maar klanten kunnen niet bij dat tuchtcollege terecht. De ‘Tuchtraad Financiële Dienstverlening (Assurantiën)’, zoals dat tuchtcollege officieel heet, heeft op zijn website staan dat klachten alleen in behandeling worden genomen als zij door een ander dan de rechtstreeks belanghebbende worden ingediend. Bijvoorbeeld door een andere verzekeraar, de Ombudsman Pensioenen, de Letselschaderaad, een tussenpersoon of een advocaat. En dat is natuurlijk vreemd: juist de rechtstreeks belanghebbende zelf, de klant, degene wiens belang door de beroepseed zou moeten worden gediend, kan niet bij de Tuchtraad terecht.
Ook aan de kant van het intermediair zou het mooi zijn als er een tuchtcollege zou komen. Daarbij realiseer ik me dat juist bij veel intermediairkantoren de gedachte leeft dat de beroepseed niets heeft veranderd, juist omdat het belang van de klant altijd al voorop stond. Maar even afgezien van de vraag of die gedachte wel juist is: dat zou juist een reden moeten zijn om een dergelijk tuchtcollege op te richten. Dan blijkt in de praktijk je gelijk wel.
Na ruim één jaar heeft het tuchtcollege bij de banken inmiddels een viertal uitspraken gedaan, waaronder één met een sanctie. Dat zijn nog niet veel uitspraken, maar dat komt ook omdat dit tuchtrecht géén terugwerkende kracht heeft en het behandelen van een klacht tijdrovend is. Bij tuchtrecht gaat het tenslotte niet meer om de vraag of er een voor de klant bevredigende oplossing kan worden gevonden. Daarvoor moet een klant bij het Kifid zijn (of een andere geschillenprocedure). Bij tuchtrecht gaat het erom of de (medewerker van de) financieeldienstverlener terecht wordt gewezen omdat hij zich niet integer heeft gedragen of de gedragsregels heeft geschonden. Daar past een zorgvuldige procedure van hoor en wederhoor bij.
Als het goed is zijn DNB en AFM verder aan het onderzoeken welke invulling de bedrijfstak geeft aan de beroepseed. Ik ben benieuwd of zij daarbij ook iets over de tucht in het verzekeringsbedrijf zeggen.