Op 17 december 2020 ondertekenden vele partijen die betrokken zijn in de koopketen van woningen een convenant Verduurzaming. Met dit convenant moet het onderwerp verduurzaming in de koopketen verankerd worden, om zo uiteindelijk de Klimaatdoelen 2030 te behalen. Verduurzaming kost wel wat; daarom draagt de overheid onder voorwaarden bij in de vorm van een subsidie. Deze ISDE-subsidie is voor een hypotheekadviseur een extra middel om verduurzaming van de woning van een klant ter sprake te brengen.
Het op 17 december 2020 getekende convenant Verduurzaming koopketen komt voort uit het Klimaatakkoord 2019. Hierin staat dat er voor 2030 een CO2-reductie van 3,4 megaton moet worden gerealiseerd in de gebouwde omgeving. Dat betekent dat bestaande huizen moeten worden verduurzaamd. Alle partijen slaan nu de handen ineen om dit te stimuleren. Deelnemende partijen zijn beroeps- en belangenorganisaties. Zij vertegenwoordigen makelaars, taxateurs, energieadviseurs, geldverstrekkers, verzekeraars en hypotheekadviseurs, evenals Vereniging Eigen Huis (VEH), Nationale Hypotheek Garantie (NHG) en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Elk van deze partijen wijst de koper op de mogelijkheden van verduurzaming: het wordt een standaard onderdeel van het koopproces. Dat houdt in:
Specifiek voor hypotheekadviseurs is afgesproken dat zij dus standaard de mogelijkheden bespreken om het verduurzamen van de woning te financieren.
Tot slot draagt ook het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat een steentje bij. Dit doen zij door subsidie beschikbaar te stellen ter verduurzaming.
Er bestaan vele verschillende subsidieregelingen. Eind 2020 staat de teller op 11 verschillende subsidieregelingen, elk met een eigen doelstelling en doelgroep. Voor de hypotheekadviseur zijn de belangrijkste twee regelingen tot en met 2020:
In 2021 worden de SEEH en de ISDE grotendeels samengevoegd. Alleen voor Verenigingen van Eigenaars (VvE’s) blijft de SEEH nog bestaan als losstaande subsidie tot en met 2021. Vanaf 2021 blijft de ISDE bestaan, maar staat de afkorting voor ‘Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing’. Niet alleen particuliere, maar ook zakelijke gebruikers mogen deze subsidie inroepen. In dit artikel beperken we ons slechts tot de wijzigingen die relevant zijn voor particulieren. De belangrijkste kenmerken van de nieuwe ISDE in 2021 zijn:
De uitvoerder van de ISDE blijft de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
De particuliere huizenbezitter kan de subsidie daar aanvragen. De voorwaarden voor de aanvraag zijn:
Als iemand voor meer apparaten subsidie wil aanvragen, dan kan dat. Maar dan moet hij voor elk apparaat een aparte aanvraag indienen. Er is een subsidieplafond van in totaal € 164.000.000. Dit bedrag is opgesplitst per doelgroep. Zo is alleen al € 40.000.000 van dit bedrag bedoeld voor zakelijke zonne-PV-installaties en windturbines. Die geldt dus al niet voor de particulier die we hierboven beschreven. Het budget is in beginsel beschikbaar tot en met 2030.
In het convenant Verduurzaming is namens een grote meerderheid van adviseurs afgesproken dat verduurzaming een standaard onderdeel van het adviesgesprek moet worden. De vraag is dan hoe ver uw verantwoordelijkheid gaat? En in hoeverre kan u aansprakelijk gesteld worden als de klant vindt dat u hierin bent tekortgekomen?
In dat kader is de volgende uitspraak van het Kifid in 2020 interessant. Een klant die in 2009 een woning koopt en hierover hypotheekadvies krijgt, beklaagt zich achteraf over het feit dat zij niet volledig voorgelicht is over de mogelijkheid tot het krijgen van subsidie. Het mislopen daarvan wordt de adviseur verweten en de klant vordert daarvoor een schadevergoeding. Hoewel het in deze zaak ging over koopsubsidie, was de algemene conclusie van het Kifid in deze zaak de volgende:
“Anders dan door Consument is gesteld, behoort het niet tot de taak van de adviseur van de Bank om Consument uitvoerige voorlichting te geven aangaande (het traject tot) subsidieverstrekking en om Consument daarbij te begeleiden. Wel mag van een professioneel handelende partij als de Bank, in haar adviserende rol, worden verwacht dat er enige tekst en uitleg wordt gegeven. Dit strekt echter niet zover dat de adviseur Consument uitvoerig op alle aspecten van het subsidietraject hoeft te wijzen.”
Hiermee lijkt het Kifid de verantwoordelijkheid enigszins af te bakenen. Het gaat hier om een adviseur van de geldverstrekker zelf. Maar het zou vreemd zijn als voor een tussenpersoon iets anders zou gelden.
Het belangrijkste is dat de adviseur op de hoogte is van subsidiemogelijkheden en in grote lijnen de inhoud daarvan kent. Ook moet de adviseur doorverwijzen naar het juiste loket. Maar van een adviseur hoeft niet verwacht te worden dat hij de klant volledig door het subsidietraject heen begeleidt. In het convenant Verduurzaming staat ook slechts dat adviseurs de klant ‘wijzen op mogelijkheden voor financiering van verduurzamingsmaatregelen’.
Bovendien is de exacte invulling van de verantwoordelijkheden pas ingevuld in het tweede kwartaal van 2021. De nadere uitwerking dan wel bespreking van de precieze invulling vindt plaats in combinatie met de belofte om dit thema in te bouwen in adviessoftware. De werkgroep hypotheekadvisering met OvFD, Adfiz, Verbond van Verzekeraars, NVB, NHG, SEH en de Contactgroep Automatisering werken dit verder uit en komen in het tweede kwartaal van 2021 met deze invulling.
Het Klimaatakkoord dwingt tot actie, ook onder bezitters van een eigen woning. De koopketen, van adviseur tot geldverstrekker en van makelaar tot taxateur, neemt daarin nu haar verantwoordelijkheid via een convenant Verduurzaming. Voor u als adviseur betekent dit dat u in elk adviesgesprek de mogelijkheden voor financiering van verduurzaming benoemt. Dat is een grote verantwoordelijkheid. Dit betekent niet alleen dat u paraat moet hebben welke (extra) mogelijkheden er zijn, zoals een hogere LTI of LTV voor het treffen van energiebesparende voorzieningen. Maar dit betekent ook dat u het bestaan van eventuele subsidies moet kennen. Zorg daarom dat u op de hoogte bent van de mogelijkheden. Hoe sneller u zich dit eigen maakt, des te vanzelfsprekender zal het worden om hiermee rekening te houden in elk adviesgesprek.