Op 1 januari 2017 zijn enkele wetten aangepast, die van invloed zijn op het geven van een passend financieel advies. We geven u met betrekking tot de Wft-module Inkomen een beknopt overzicht.
Voor ondernemers zijn er de volgende belangrijke wijzigingen:
1. Per 1 januari 2017 is de nieuwe Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl) in werking getreden. Deze wet bestaat uit twee tegemoetkomingen voor werkgevers. Deze hebben tot doel om werknemers met een grote afstand tot de arbeidsmarkt aan werk te helpen. De twee tegemoetkomingen zijn:
Per 1 januari 2017 het Lage-inkomensvoordeel (LIV): een jaarlijks eenmalige tegemoetkoming in de loonkosten, waardoor de loonkosten voor werknemers die tussen 100-125% van het minimumloon (van een 23-jarige) verdienen, laag blijven. Aanvragen is niet nodig. De belastingdienst keert de tegemoetkoming over 2017 in 2018 automatisch uit op basis van de ingediende werknemersloonstaten.
Per 1 januari 2018 het Loonkostenvoordeel (LKV): een tegemoetkoming voor werkgevers die oudere werknemers en werknemers met een beperking door ziekte of handicap in dienst nemen.
2. Werkgevers die een arbeidsgehandicapte werknemer in dienst nemen, kunnen van de gemeente een no-riskpolis krijgen. Met een no-riskpolis hoeft de werkgever bij ziekte van de werknemer het loon niet door te betalen. Hierdoor loopt de werkgever minder financieel risico als hij een arbeidsgehandicapte in dienst neemt. De no-riskpolis is sinds 1 januari 2017 voor onbepaalde tijd geldig. Dit was eerst 5 jaar.
Ook op het gebied van Werk en Inkomen verandert er het nodige:
1. Per 1 januari 2017 is de Wet verbreding hybride markt WGA van kracht geworden. Met deze wet wordt de wijze van premiestelling voor eigenrisicodragers WGA, die terugtreden naar het Publiek Bestel (UWV), aangepast. Tevens regelt de wet een aanpassing van de wijze waarop staartlasten worden gefinancierd.
Bedrijven die kiezen voor het eigenrisicodragerschap WGA en naar private verzekeraars overstappen, hoeven eventuele staartlasten (bestaande WGA-lasten, ontstaan in het publieke bestel) niet zelf meer te financieren. Bij terugkeer naar het publiek bestel worden, bij het vaststellen van de premie óók de WGA-lasten uit het private bestel (de verzekeraar) meegenomen. Daardoor is er geen kortetermijnvoordeel bij teruggang naar het UWV.
De wetgever wil zo bevorderen dat bedrijven veel meer aandacht besteden aan de wijze waarop effectieve schadelastbeheersing kan worden vormgegeven en uitgevoerd.
2. Per 1 januari 2017 is de transitievergoeding bij ontslag verhoogd naar maximaal € 77.000 bruto (2016: € 76.000 bruto). Met de invoering van de WWZ is bepaald op welke ontslagvergoeding een ontslagen werknemer recht heeft. Werknemers die minimaal 2 jaar in dienst zijn geweest hebben recht op deze transitievergoeding (dus ook werknemers met tijdelijke contracten die dan aflopen).
3. Op 1 januari 2017 is, zoals geregeld in de Wet Aanpak Schijnconstructies, het verbod op inhoudingen op het minimumloon in werking getreden. Verrekeningen en inhoudingen op loon waardoor het bedrag beneden het minimumloon uitkomt, zijn niet meer toegestaan.
NIBE-SVV heeft verschillende opleidingen die uitgebreid ingaan op de wijzigingen met betrekking tot Werk en Inkomen: